Ditjes & datjes

Even wat losse dingetjes voor we naar Griekenland afreizen. In de tuin van de Franse school in Istanboel kwam een kleine vrouw naast me zitten terwijl ik daar zat te roken voor de lezing zou beginnen. Ze had drie Turkse Bakkers in haar hand en ze sprak geen Engels. Een andere vrouw die in de buurt stond wel, min of meer. Ze wilde handtekeningen in haar boeken. Nou ja, dat kan. Ze liet me haar hand zien. Die trilde. Ik vroeg wat er aan de hand was. Nou, dat ik hier naast u zit, zomaar. Ze was eigenlijk in alle staten, vertaalde de andere vrouw min of meer. Ik ben ook maar gewoon een mens, hoor, zei ik. Zie, ik zit gewoon te roken, net als alle Turken. Nee, nee, dit was toch echt heel speciaal. Toen pakte ik haar hand en legde hem op mijn hand. ‘Knijp maar,’ zei ik. Ze kneep. Daarna was alles goed. 

De Chabotjes en het Boekenweekgeschenk. Schrijvers (Pfeijffer voorop) verontwaardigd. Maar de CPNB betekent niets anders dan (Stichting)  Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek. Boek. Er staat daar niets over literatuur. Het gaat de CPNB om het boek, daarvan moeten er zoveel mogelijk verkocht worden. Kinderboeken, kookboeken, zelfhulpboeken, non-fictie, fictie. Dus die schrijvers hebben helemaal geen reden om boos of verontwaardigd te zijn. Wij zaten in de auto toen het nieuws losbrak en we hoorden Splinter het steeds maar heel kinderachtig over ‘mama’ en ‘papa’ hebben. Dát is eventueel wel iets om je over op te winden. Maar verder? 

M. kreeg van de apotheek nieuwe Escitaloprampillen uitgereikt. Voor mij, maar ik was in Turkije. Een mij onbekend merk. Ik afgelopen maandag op hoge poten naar de apotheek. ‘Ik wil mijn eigen merk,’ zei ik. ‘Die zijn op,’ zei de apotheker. ‘Dat is niet mijn probleem,’ zei ik. ‘Het is precies hetzelfde,’ zei de apotheker. ‘Nee,’ zei ik, ‘dat is beslist niet zo. Dat weet ik uit eigen, zeer akelige, ondervinding.’ De man keek me onbewogen aan. ‘En nu?’ vroeg ik. ‘Ze komen begin december weer binnen.’ ‘Dus ik slik dik twee maanden geen pillen?’ vroeg ik dreigend. ‘Nee, u kunt deze pillen slikken.’ ‘Dat weiger ik,’ zei ik. ‘Nou,’ zei de apotheker, ‘u kunt het bij andere apotheken proberen.’ Wat betekende dat ik de rest van de dag bezig ben geweest ergens mijn eigen merk te vinden. Dat is gelukt, op IJburg. Apothekers, die zouden toch bij uitstek moeten weten dat het miniemste verschil tussen twee pillenmerken (let wel: niet alleen voor antidepressiva) grote gevolgen kunnen hebben. Mijn verstand staat erbij stil.

Eén gedachte over “Ditjes & datjes”

  1. Wat een raak Dingetje weer! De eerste alinea is zo herkenbaar en het is zo lief om haar op deze manier gerust te stellen!
    Met de tweede alinea ben ik het helemaal eens. Mensen moeten naar de boekhandel. En wie weet komen ze vaker terug en ontdekken ze later nog veel meer. Het Boekenweekgeschenk is een promotie van het boek, zèlfs voor die van schrijvers als Leonard Pfeiffer…
    De derde alinea is weer zeer herkenbaar, ik ben blij voor je dat je het voor jou juiste medicijn toch hebt kunnen vinden.
    Goede reis naar Griekenland.

    Like

Plaats een reactie